Paard Napoleon Cantal Meyssonier Adobestock 960x640 1Paard Napoleon Cantal Meyssonier Adobestock 960x640 1
©Paard Napoleon Cantal Meyssonier Adobestock 960x640 1|Adobe stock

Geschiedenis en specifiek erfgoed

Geschiedenis en erfgoed in de Pays d’Aurillac is een reis naar de wortels van een regio die getekend is door eeuwenlang erfgoed. Van de emblematische monumenten tot de bewaard gebleven tradities, elke steen en elk verhaal getuigt van een rijk en boeiend verleden. Laat je meevoeren door de eeuwen heen en ontdek de historische en erfgoedschatten die de unieke identiteit van deze regio vormen.

De burons du cantal

De burons, waarvan de naam afkomstig is van het Occitaanse woord “boria” dat “boerderij” betekent, verschenen tussen de XVIᵉ en XVIIᵉ eeuwen. Deze gebouwen vormden het hart van de transhumance: elke zomer trokken kuddes Salers-koeien naar de zomerweiden om te genieten van de weelderige weilanden.

De burons dienden als woonruimte voor de buronniers en als productiecentrum voor zuivelproducten, met name de beroemde Cantal-kaas.

Deze gebouwen, typisch gebouwd van vulkanische steen en bedekt met leisteen, werden ontworpen om de barre klimatologische omstandigheden van de bergen te weerstaan en vormden het hart van de herderseconomie tot in de XXᵉ eeuw.

Met de industrialisatie van de melkproductie en nieuwe gezondheidsnormen nam het traditionele gebruik af, waardoor veel burons in de jaren 1960 werden verlaten.

Cantalien anekdotes Napoleons paard

Het is een onbetwistbaar feit dat door de geschiedenis wordt ondersteund en dat door geen enkele historicus kan worden betwist: Napoleon had een paard met de naam ‘Cantal’. Hij bereed dit paard tijdens de beroemde Slag bij Moskowa (of Borodino) tijdens de Russische campagne in 1812.

Dit grijze paard kreeg de naam ‘Cantal’ vanwege zijn afkomst, afkomstig uit het noorden van het departement, meer bepaald uit de streek van Mauriac. Het behoorde waarschijnlijk tot het ras Auvergne, bekend om zijn robuustheid.

Een anekdote vertelt dat Napoleon na de slag zijn stalknecht beval om de “Cantal” op stal te zetten om uit te rusten en hem een paard in betere conditie te brengen. Een uur later had de stalknecht echter geen andere keuze dan terug te komen met ‘Cantal’, die tegen alle verwachtingen in al weer op de been was, veel sneller dan de andere paarden.

 Het pelgrimslied

Duizend jaar geleden was Aurillac een belangrijke halteplaats voor pelgrims op weg naar Rome en Santiago de Compostela.

Dit belang was te danken aan de benedictijnenabdij gesticht door Géraud d’Aurillac, die diende als plaats van bezinning voor pelgrims, en aan het uitgebreide netwerk van priorijen, die waardevolle stopplaatsen langs de routes voor reizigers vormden.

De faam van deze pleisterplaats wordt bevestigd door het Grande Chanson des pèlerins de Saint-Jacques, dat erg populair was in de Middeleeuwen. Het eerste couplet luidt:

Wij zijn pelgrims uit de stad
genaamd Aurillac bij de rivier de Jordanne
We hebben onze geliefden verlaten
Onze vrouwen en gezinnen
Om in groten getale te vertrekken
Naar Santiago de Compostela.

 De stichter van de stad Bâton-Rouge was een Cantalien

Ken je Arsène Lacarrière-Latour (1778-1837)?

Als zoon van een magistraat uit Aurillac is deze man eigenlijk bekender in het buitenland dan in Frankrijk. Na zijn architectuurstudie in Parijs verhuisde hij eerst naar Saint-Domingue en vervolgens naar de Verenigde Staten, waar hij belangrijke openbare gebouwen ontwierp in New Orleans. In 1810 werd hij de oprichter van de stad Baton Rouge, die later de hoofdstad van Louisiana zou worden.

Nadat hij in Texas en Havana (Cuba) had gewerkt, keerde hij terug naar zijn familie in de Cantal en eindigde zijn leven in Saint-Mamet-la-Salvetat.

 Twee presidenten van de Republiek geboren in de Cantal

Het is een zeldzame gebeurtenis: twee inwoners van de Cantalon zijn president van de Republiek geweest en beiden stierven voor het einde van hun ambtstermijn. De eerste, Paul Doumer, werd in 1857 geboren in Aurillac. Hij had een bescheiden achtergrond en werd wiskundeleraar voordat hij de journalistiek inging.

Hij begon zijn politieke carrière ver van de Cantal en werd aan het eind van de jaren 1880 gekozen tot afgevaardigde voor de Aisne en vervolgens voor de Yonne. Na verschillende ministersposten te hebben bekleed, stelde hij zich in 1905 zonder succes kandidaat voor het presidentschap van de Republiek. Zijn tweede kandidatuur, in 1931, was wel succesvol. Helaas bleef hij maar een jaar in functie en werd hij vermoord door een Russische activist, Paul Gogulov, wiens motieven onduidelijk blijven.

Dichter bij huis was Georges Pompidou president van de Republiek van 1969 tot 1973. Hij werd geboren in Montboudif, in het arrondissement Saint-Flour, en woonde weinig in de Cantal. Zijn vader was leraar in Albi, in de Tarn. In de laatste jaren van zijn leven verhuisde hij echter naar een charmant huis op de hoogten van Cajarc, in het departement Lot, op enkele tientallen kilometers van zijn geboortestreek Cantal.

 En nee, Aurillac is niet de koudste stad!

Aurillac heeft de hardnekkige reputatie de koudste stad van Frankrijk te zijn. Het is een hardnekkig cliché, grotendeels gevoed door weerkaarten op televisie waarin de temperaturen in Aurillac altijd koeler lijken dan elders.

Deze reputatie is te danken aan de ligging van het lokale weerstation, op 630 meter hoogte, waar het onderhevig is aan de stromingen van Le Lioran. De gegevens van Météo France vertellen echter een heel ander verhaal. Aurillac heeft zelfs meer dagen zon dan steden als Bordeaux of Toulouse.

En als het op kou aankomt, staat Aurillac niet eens in de top 20 van koudste steden van het land. Reden te meer om deze gevestigde mythe te relativeren!